‘Dunya-studenten zijn een verrijking voor de zorg’
Alon Klaver en Estela da Veiga
Anderstaligen extra steun bieden tijdens hun opleiding én bij het vinden van een baan in de zorg. Dat is het idee achter het Dunya-traject. Sinds 2014 behaalden al veel studenten via dit traject hun diploma Verzorgende-IG. Ook de opleiding Maatschappelijke zorg is vorig jaar een Dunya-traject gestart. Projectleiders Estela da Veiga en Alon Klaver vertellen erover.
Het is een groot maatschappelijk probleem: enerzijds is er een tekort aan goed geschoold zorgpersoneel, anderzijds staan veel anderstaligen die dolgraag in de zorg willen werken, door allerlei barrières aan de kant. ‘We willen als Albeda Zorgcollege een toegankelijke school zijn’, zegt docent en projectleider vanuit de opleiding Verzorgende-IG (VIG) Estela da Veiga, die aan de wieg van het Dunya-traject stond. ‘Ook voor mensen die niet zo makkelijk zelf de weg naar onze opleidingen of de arbeidsmarkt weten te vinden.’
De opleiding Verzorgende-IG (niveau 3) kent al sinds 2014 een Dunya-traject, en sinds 2021 heeft ook de opleiding Begeleider maatschappelijke zorg (niveau 3) een dergelijk traject. ‘Hiermee bieden we anderstaligen meer opties’, zegt Alon Klaver, docent en Dunya-projectleider vanuit Maatschappelijke zorg (MZ).
Ontwikkelpotentie
Met het Dunya-traject mikken de opleidingen op een diverse groep anderstaligen die nog maar kort of juist al wat langer in Nederland zijn. Mensen die een diploma willen halen en willen werken in de zorg, maar geen idee hebben van de mogelijkheden. Vaak zijn ze onzeker over hun taalbeheersing. Alon: ‘We hebben bijvoorbeeld mensen uit China, Pakistan en Liberia, vooral vrouwen tussen de 21 en de 50 jaar. Sommigen hebben geprobeerd een regulier onderwijstraject te doen, maar zijn gezakt voor de taaltest. Dat doet iets met je zelfvertrouwen.’
‘Wij kijken breder’, vult Estela aan. ‘Welk opleidingsniveau heeft iemand in eigen land behaald? Kan iemand zich verder ontwikkelen, cognitief en in de taal? Motivatie is heel belangrijk. En we kijken ook of de kandidaat dit traject kan combineren met zijn of haar thuissituatie. Dat zijn allemaal aspecten die aan bod komen tijdens de intake.’
Ondergedompeld in taal
Het Dunya-traject is een ‘gewone’ niveau 3-opleiding met een intensieve begeleiding tijdens het eerste jaar. Gemiddeld starten er tien studenten per jaar per opleiding. Estela: ‘De studenten lopen in dat eerste jaar twee dagen stage per week en zijn twee dagen op school. Eén lesdag volgen ze het reguliere programma samen met de andere bbl-studenten. De andere lesdag krijgen ze intensieve (taal)ondersteuning. De focus ligt daarbij op spreek- en schrijfvaardigheid, en op het omgaan met allerlei dagelijkse situaties die ze tijdens hun stage tegenkomen. De studenten leren een vak, maar ze moeten zich ook de cultuur op school en in het werk eigen maken. De geschreven en ongeschreven sociale regels leren begrijpen. Hoe ga je om met cliënten, collega’s en leidinggevenden? Daarbij zijn ze volledig ondergedompeld in de Nederlandse taal. Ja, dat is zwaar. Maar ze ervaren ook hoe snel ze vorderingen maken.’
Toch blijkt het in de maatschappelijke zorg nog lastig om een betaalde baan te vinden. Alon: ‘Door gastlessen vanuit het werkveld over de gehandicaptenzorg en psychiatrie krijgen studenten een beter beeld van wat het werk inhoudt. Ook de oriënterende stage helpt daarbij. We merken dat door deze stage de organisatie de student goed leert kennen. Dit vergroot de kans, dat ze in een later stadium alsnog in dienst komen, omdat dan de koudwatervrees is weggenomen. Werkgevers kijken dan voorbij taal en zien hun kwaliteiten.’ Bij de VIG-opleiding is het makkelijker om een werkplek te vinden, vult Estela aan: ‘Waarschijnlijk omdat we al langer bezig zijn en er al meer ervaring met deze studentengroep is opgebouwd.’ Dat het de moeite waard is om te investeren in Dunya-studenten staat voor beide docenten buiten kijf. ‘Bij VIG lukt het 85 procent van de deelnemers om succesvol de opleiding af te ronden met een diploma’, zegt Estela trots. Alon voegt toe dat er bij MZ nog geen enkele student is afgehaakt. ‘Bovendien is de culturele diversiteit die de Dunya-student meebrengt een verrijking voor de hele zorgsector.’
Suher Altoqi: ‘Ik heb hier zóveel nieuwe mensen ontmoet’
De 41-jarige Suher, moeder van drie pubers, vluchtte zes jaar geleden uit Syrië. Vorig jaar startte ze met het Dunya-traject, richting MZ. ‘In Syrië was ik apothekersassistent en ik hoopte hier ook in een apotheek te gaan werken. Maar die opleiding is nu nog lastig, door de taal.’ Via Stichting Mano, een Rotterdamse organisatie die zich inzet voor een inclusiever Rotterdam, kwam ze in contact met Alon, ‘Ik ben blij dat ik hiermee begonnen ben. Vorig jaar heb ik stagegelopen bij Humanitas, dit jaar bij Careyn en ik hoop dat ik daar een betaalde plek kan vinden. De taal vind ik nog steeds wel moeilijk. Al die nieuwe woorden. Maar het is ook goed voor mij om elke dag te blijven oefenen. De opleiding is heel leuk. Ik heb zoveel nieuwe mensen leren kennen en vriendinnen gemaakt. Ik hoop volgend jaar mijn diploma te halen. En wie weet kan ik dan toch nog een opleiding tot apothekersassistent gaan doen.’